Details
- TitelGeïntegreerd meet- en onderzoeksplan voor Grevelingenmeer en Veerse Meer
Integrated measurement and research plan for Lake Grevelingen and Lake Veere - Auteur
- Opdrachtgever
- Projectnummer11210350
- Plaats van uitgaveDelft
- Uitgever
- Jaar van uitgave2024 (dec.)
- Pagina's56 p.
- Illustratiesfig., ref.
- Materiaal
- Digitaal document
- AnnotatieSITO - Ja / SPA - Nee
- Onderwerp
- Geografisch trefwoord
- Beschrijving
Het Grevelingenmeer en het Veerse Meer zijn twee voormalige zee-armen in de ZW Delta die door de Deltawerken zijn veranderd in min of meer stagnante, zoute meren. Beide meren kennen grotendeels vergelijkbare problemen rond waterkwaliteit en ecologie, die voor een deel samenhangen met de fysische condities van de twee watersystemen. De waargenomen problemen zijn o.a. het optreden van zuurstofloosheid in de diepe delen van de waterkolom, achteruitgang van het bodemleven en het voorkomen van matten van zwavelbacteriën zoals Beggiatoa op de bodem in zowel de diepere delen als op relatief geringe waterdiepte. In het Veerse Meer is sterfte van vis en bodemdieren waargenomen in 2019 en 2020. Beide meren voldoen niet aan alle doelen die gesteld zijn vanuit de Kaderrichtlijn Water en Natura2000 en in meer algemene zin is het beeld dat het functioneren van het ecosysteem en van gebruiksfuncties zich negatief ontwikkelt.
In beide meren wordt monitoring en onderzoek uitgevoerd om te komen tot een beter begrip van het ecologisch functioneren van de watersystemen en het onderscheiden van oorzaken en effecten.
Dit rapport beschrijft de huidige inzichten in het ecologisch functioneren van de zoute meren en de optredende problemen rond waterkwaliteit. Op basis van dat inzicht en een overzicht van lopende monitoring en onderzoek is een inventarisatie gemaakt van kennisleemtes en onderzoeksvragen. Er worden voorstellen gedaan voor aanvullende analyses, onderzoek en aanpassingen in de monitoring om die kennisleemtes op te vullen.
Aanbevolen wordt om:
1) voor analyses beter gebruik te maken van al beschikbare data en modellen; 2) de lopende monitoring meer af te stemmen en waar nodig met specifieke metingen uit te breiden; 3) te leren van onderzoek in andere watersystemen in Nederland en daarbuiten; 4) voor specifieke kennisleemtes nieuw onderzoek en metingen op te starten, en 5) vragen voor meer fundamentele kennisontwikkeling uit te werken.BeschrijvingLakes Grevelingen and Veere are two former marine inlets in the southwestern Delta that were transformed into more or less stagnant saltwater lakes. Both lakes experience largely similar problems related to water quality and ecology, partly linked to the physical conditions of the two water bodies. The observed problems are, among others, hypoxia in the deeper parts of the water column, deterioration of benthos, and the occurrence of mats of sulphur bacteria such as Beggiatoa on the bottom in both the deeper parts and at relatively shallow depths. In Lake Veere, mortality of fish and benthic fauna was observed in 2019 and 2020. Both lakes do not meet all targets anymore that were formulated in the Water Framework Directive and Natura2000, and it is more generally accepted that ecosystem functioning and user functions are developing negatively.
In both lakes, monitoring and research are being executed to come to a better understanding of ecosystem functioning of the water bodies and to discern causes and effects.
This report describes the current insights into the ecosystem functioning of the saltwater lakes and the problems concerning water quality. Based on that insight and an overview of ongoing monitoring and research, an inventory was made of knowledge gaps and research questions. Additional analyses, research, and changes in monitoring are being proposed to fill in those knowledge gaps.
It is recommended to: 1) better use already available data and models for analyses; 2) adjust the ongoing monitoring and, if needed; expand it with specific measurements; 3) learn from research in other water systems in the Netherlands and abroad; 4) start new research and measurements for specific knowledge gaps, and 5) develop questions for more fundamental knowledge advancement.