Details

In de knelpuntenanalyse van het Deltaprogramma is het tekort aan zoetwater in tijd, ruimte en voor verschillende functies in kaart gebracht (Klijn et al. 2012). Naast lokale neerslag en de beschikbaarheid van grondwater is de afvoer van de Rijn en Maas de belangrijkste voorwaarde voor de beschikbaarheid van oppervlaktewater. Dit oppervlaktewater wordt voor diverse doeleinden gebruikt: irrigatie, industrie, koel- en drinkwater, peilbeheer en doorspoelen voor een goede waterkwaliteit in Laag Nederland, en het garanderen van voldoende vaardiepte voor de scheepvaart. Al deze watergebruiksfuncties worden meegenomen in het Deltainstrumentarium, dat wordt gebruikt om te bepalen hoeveel water er beschikbaar blijft onder verschillende klimaat- en sociaal-economische scenario’s, en de daarmee gepaard gaande veranderingen in watervraag. De afvoer bij Lobith en Eijsden en de toekomstprojecties hiervan in de Deltascenario’s bepalen de randvoorwaarden voor dit instrumentarium.

In the bottleneck analysis of the Delta Programme, the shortage of freshwater in terms of time, space, and various functions has been mapped out (Klijn et al. 2012). Besides local precipitation and the availability of groundwater, the discharge of the Rhine and Meuse rivers is the main precondition for the availability of surface water. This surface water is used for various purposes: irrigation, industry, cooling and drinking water, water level management, and flushing to maintain good water quality in Low Netherlands, ensuring sufficient navigable depth for shipping, etc. All these water use functions are considered in the Delta Instrumentarium, which is applied to determine how much water remains available under various climate and socio-economic scenarios (and the associated changes in water demand from the various functions). The discharge at Lobith and Eijsden and the future projections thereof in the Delta scenarios determine the preconditions for this instrumentarium.